Men kocht 2000 ha veengebied aan, later het Amsterdamscheveld genoemd. In 1909 werd deze Drentsche Landontginning Mij. overgenomen door de Griendtsveen Maatschappij. Dat evenals het dorp Griendtsveen in de Brabantse/Limburgse Peel genoemd is naar de familie van der Griendt, die daar in 1885 de vervening en de productie van turfstrooisel ter hand had genomen. In het Amsterdamscheveld kwam het zwaarte punt te liggen op de winning van de bovenste laag (bolster), die zeer geschikt was voor de fabricage van turfstrooisel.
Er werden drie turfstrooisel fabrieken, een elektriciteitscentrale en werkplaatsen gebouwd. Daarom heen ontstond een nederzetting, in de volksmond De Peel genoemd, met woningen en een school. Voor het vervoer van grondstof naar de turfstrooisel fabrieken werd een uitgebreid smalspoornet aangelegd. De zachte ondergrond maakte het gebruik van lichte locomotieven, wagons en rails nodig. Met een spoorwijdte van 90 cm. en een lengte van 18 km. liep de lijn van het kantoor en de werkplaats aan de Peelstraat tot aan haar vervening bij Schöningsdorf vlak over de Duitse grens. Vanaf deze lijn liepen diverse aftakkingen het veen in. Op 30 maart 1983 vond de laatste rit op de Griendtsveen lijn plaats. De activiteiten van de turfstrooisel fabrieken waren beëindigd. De verveningsactiviteiten in Duitsland werden echter voortgezet. Hoe erbarmelijk het leven en werken in het veen dan ook geweest is, het is wel een stukje geschiedenis wat niet verloren mocht gaan. Ook de ontwikkeling met betrekking tot het smalspoor is een belangrijke bijdrage geweest, niet alleen in het veen maar ook in de mijnbouw, steenfabrieken, aanleg van wegen enz. Het idee om deze belangrijke monumentale en mobiele-erfgoederen te bewaren was geboren.
Op 13 september 1984 werd, door de grondeigenaar H.F. van de Griendt , zes hectare fabrieksterrein op een restant hoogveen, met de daarop aanwezige veldspooractiviteiten, in erf pacht gegeven aan de Noord Nederlandse Museum Spoorbaan. 35 jaar gelden werd begonnen met het huidige Smalspoormuseum. Een aantal vrijwilligers begonnen met het uitwerken van de ideeën en langzaam groeide een museum. Diverse smalspoortreinen werden verkregen van particulieren, fabrieken, stichtingen enz. Het kreeg daarom ook de naam van Industrieel Smalspoor Museum. Nu naar 35 jaar draait het museum nog steeds op alleen vrijwilligers , de circa 70 vrijwilligers werken er nog steeds met een groot enthousiasme. Een bijzondere prestatie om een museum op te bouwen, te onderhouden en steeds maar uitbreiden zonder Gemeentelijke subsidies en alleen maar met vrijwilligers. Dit vraagt toch enige aandacht voor een jubileum. Het jubileum wordt gevierd in het weekend van 14 en 15 september gelijktijdig met de Landelijke Open Monumenten dagen.
Vrijdagavond is er een feestavond voor medewerkers en donateurs. Zaterdag, 13:00 uur wordt de foto-expositie, met als thema “De mens en het museumâ€, geopend door wethouder Robert Kleine tevens zal hij, de volledig gerestaureerde, Henschel locomotief aanbieden. Oud medewerkers van het museum worden bij deze ook van harte uitgenodigd Veel te doen dit weekend in het museum met o.a. expositie van museumobjecten, leestafel, rondleidingen, klassieke smeden enz. Openingstijden op zaterdag van 10:00 tot 16:30 en zondag van 11.00 tot 16;30 uur Tijdens de Open Monumenten dagen zijn de mobiele erfgoederen en de rijksmonumenten, Fijnfabriek en Remise gratis te bezichtigen Voor bezichtiging van museum inclusief de rondrit met een smalspoortrein heeft iedereen, dit weekend, een korting van 35% op de toegangsprijs.