Het Cuypersgenootschap heeft eind 2017 gevraagd de voormalige scholen Zuideinde 76 en Prinses Marijkestraat 2 aan te wijzen als provinciaal of gemeentelijk monument. De provincie heeft daarop besloten de oudere bouwdelen van voormalige HBS aan te wijzen als provinciaal monument. De overige delen van de voormalige HBS werden niet als provinciaal monument aangewezen.
Onderzoek
Daarmee restte voor de gemeente de vraag of aanbouw van de HBS en de Zuiderschool een gemeentelijke monumentstatus verdienen.
Op verzoek van de gemeente heeft Het Oversticht daarop op basis van landelijk gehanteerde architectuurhistorische, cultuurhistorische en stedenbouwkundige waarden, gaafheid en zeldzaamheid de scholen gewaardeerd.
Advies
De conclusie voor de Zuiderschool luidde: "De grootste waarde van de school is zowel cultuurhistorisch als architectuurhistorisch en stedenbouwkundig. Dat geldt met name voor de voorgevel, maar ook voor de expressieve volumewerking en de aanblik vanaf het schoolplein. In het interieur is vooral de herkenbaarheid van de oorspronkelijke opzet, met de gangenstructuur met lokalen, een centrale hal met monumentale trappartij en het glas-in-lood waardevol."
De gemeentelijke monumentencommissie adviseerde om de aanbouw uit 1959 aan de voormalige HBS niet aan te wijzen als gemeentelijk monument. Burgemeester & wethouders volgen dit advies.
Ontwikkeling
De ambitie bestaat om de locatie van beide scholen te herbestemmen. Wethouder Jaap van der Haar: "Met het aanwijzen van de Zuiderschool als gemeentelijk monument worden de mogelijkheden van herontwikkeling enigszins beperkt. Dit leidt niet tot bijstelling van de ambitie om het gebied te transformeren. We willen het monumentale bewaren, expliciet maken en een plaats geven in een ontwikkeling. Met de eigenaar heeft overleg plaatsgevonden."